Actieve transparantie: stand van zaken

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) gooide in november 2017 de knuppel in het hoenderhok . In een reactie op een internetconsultatie van het ministerie van Financiën over de Europese richtlijn verzekeringsdistributie (IDD) pleitte de toezichthouder voor actieve transparantie op schadeprovisie. Wat gebeurde er sindsdien, en hoe staat het ervoor?

Lees verder 

Financieel dienstverleners zouden volgens de AFM hun klanten altijd moeten informeren over de hoogte van de provisie die zij van de verzekeraar ontvangen en die verwerkt is in de premie die de klant betaalt. De maatregel zou moeten gelden voor particuliere en zakelijke schadeverzekeringen. Complexe financiële producten vallen er niet onder. Daarvoor geldt immers al een verbod op provisie.

 

Actief versus passief

De wens van de AFM gaat een stap verder dan wat in de IDD geregeld is. Die richtlijn schrijft aan de Europese lidstaten voor dat adviseurs en bemiddelaars in schadeverzekeringen hun klanten informeren over de wijze van beloning. Ze moeten dus kenbaar maken hoe ze beloond worden. Is dat rechtstreeks door de klant of op basis van provisie door de aanbieder? In dat laatste geval hoeven ze niet te zeggen hoe hoog die provisie is. Behalve als de klant er expliciet naar vraagt: dan moet de adviseur openheid geven.

 

Dat is iets strenger dan de passieve provisietransparantie die nu in Nederland voor schadeverzekeringen geldt. Als klanten ernaar vragen, zijn adviseurs en bemiddelaars verplicht hen op een begrijpelijke wijze te informeren over de aard en nominale waarde van de provisies. De AFM ziet hierop toe.

 

Uit eigen onderzoek van waakhond AFM blijkt dat 87% van de consumenten actief geïnformeerd wil worden over de hoogte van de beloning

 

 

Waarom strengere eisen?

De AFM vindt dit onvoldoende. De toezichthouder is bang dat er twee groepen klanten ontstaan. Aan de ene kant zijn die de mensen die wel naar de hoogte van de provisie vragen en vervolgens kritische tegendruk kunnen bieden. Aan de andere kant ziet de AFM mensen die onwetend blijven over de vergoeding die zij indirect via hun premie betalen. Uit eigen onderzoek van de waakhond blijkt dat 87% van de consumenten actief geïnformeerd wil worden over de hoogte van de beloning die adviseurs ontvangen voor de bemiddeling in schadeverzekeringen. Critici, onder wie onderzoeker Fred de Jong, twijfelen echter aan de opzet en vraagstelling van dit onderzoek. De AFM verwacht dat actieve schadetransparantie helpt bij het herwinnen van het consumentenvertrouwen in de financiële sector.

Gedrag voorspellen_94

Wie staan er achter de AFM? 

De toezichthouder kreeg al gauw bijval van het Verbond van Verzekeraars. Volgens de verzekeraars is het niet langer houdbaar dat ze niet transparant zijn over de provisies die zij  betalen aan adviseurs. Volgens toenmalig directeur Leo de Boer van het Verbond moet de wetgever dit opleggen. Hij is ervan overtuigd dat de markt het niet uit zichzelf regelt. Ook de Consumentenbond is voorstander van actieve provisietransparantie. Klanten vragen volgens de consumentenorganisatie niet zelf naar de hoogte van provisie. Daarom noemt de bond de huidige provisieregels onwenselijk. De wetgever moet volgens de bond actieve transparantie op schadeproducten bij wet regelen.

Wat vinden adviseurs van het plan?

Felle kritiek van adviseurs en brancheorganisaties viel de AFM en het Verbond ten deel. Tegenstanders vragen zich af welk probleem verzekeraars en toezichthouder hiermee op willen lossen. Het provisieverbod op complexe producten kwam er in 2013 om misstanden en perverse prikkels uit de markt te halen. Maar in schadeverzekeringen zijn geen misstanden of exorbitante beloningen, zeggen tegenstanders eensgezind. Ze vrezen dat de maatregel klanten gaat kosten en dat advies minder toegankelijk wordt. Dat zou het gevolg kunnen zijn als provisies zouden verdwijnen en adviseurs vaste beloningen gaan vragen. De drempel om naar een adviseur te stappen wordt dan hoger. Dat hoeft overigens niet te gebeuren: van een verbod op schadeprovisie is geen sprake.

 

Volgens Adfiz ontbreekt bij de voorstanders het antwoord op de waaromvraag. Voor de consument is het bovendien geen issue, meent de brancheorganisatie. Ook ziet de belangenbehartiger van het intermediair niet in waarom Nederland het braafste jongetje in de Europese klas moet zijn. De IDD schrijft immers alleen voor dat klanten geïnformeerd worden over de aard van de beloning. Inmiddels is Adfiz opgeschoven. Als er dan toch actieve transparantie dreigt te komen, dan praat de branchevereniging het liefst mee over de vorm, om zo enige invloed te kunnen uitoefenen.

 

Ook intermediairverzekeraars Nh1816 en De Goudse spraken zich uit tegen actieve schadetransparantie. Het Verbond sprak weliswaar met één mond zijn steun uit voor het AFM-voorstel, maar de stemmen waren binnenskamers niet unaniem. De Goudse ziet geen reden voor maatregelen bovenop al bestaande bevoegdheden van de toezichthouders. Volgens Nh1816 zit de klant er bovendien niet op te wachten.

Interview Enno Wiertsema _113

Startende intermediairs houden er al rekening mee

Maar lang niet alle adviseurs vinden actieve transparantie een grote bedreiging. Ruim voordat de AFM met haar pleidooi kwam, lieten startende intermediairs in een onderzoek van Fred de Jong en SparklingCRM weten te verwachten dat er binnen vijf jaar actieve transparantie op schade zou komen. Ze denken bovendien dat dit leidt tot lagere provisies. Overigens is voor 36% van de starters op de intermediaire markt provisie de belangrijkste inkomstenbron. In de hele markt ligt dat percentage op 70.

Visie minister Wopke Hoekstra

Belangrijker dan de mening van wie dan ook, is echter het besluit van minister Wopke Hoekstra van Financiën. Zijn voorganger Jan-Kees de Jager was er in ieder geval geen voorstander van. Hoekstra zit anders in de wedstrijd. Algauw laat hij doorschemeren wel wat te voelen voor actieve transparantie. Begin 2019 kondigt hij een driedeling aan in adviseurs: onafhankelijk, zelfstandig en verkoper. Tien maanden later trekt hij die beslissing weer in, een tweedeling vindt hij toch praktischer.

 

Als de klant niet op de hoogte is van het feit dat hij betaalt voor dienstverlening, bestaat de kans dat hij niet vraagt om de dienstverlening waar hij recht op heeft

 

Tegelijkertijd maakt hij duidelijk dat actieve transparantie er daadwerkelijk moet komen. “Als de klant niet op de hoogte is van het feit dat hij betaalt voor dienstverlening, bestaat de kans dat hij niet vraagt om de dienstverlening waar hij recht op heeft”, zegt de minister in een interview met AMweb. Adfiz, CFD en OvFD reageerden geïrriteerd. Zij vinden dat de bewindsman te veel aan de hand loopt van AFM en verzekeraars.

 

Ingangsdatum en randvoorwaarden onduidelijk

Wat Hoekstra nog niet bekend heeft gemaakt, is wanneer actieve transparantie ingaat. En er is meer onduidelijk. Ook de randvoorwaarden moet de minister nog uitwerken. Op welk moment in het adviestraject moet de adviseur zijn over zijn vergoeding? In welke vorm? Moet het op elke polis staan of zijn er ook andere mogelijkheden? En komen er aanvullende transparantie-eisen voor direct writers? Dat laatste is een wens van veel adviseurs, die zo hopen op een gelijker speelveld.

 

Allemaal “nog onderwerp van gesprek”, aldus Hoekstra eind 2019. Hij werkt de actieve transparantie verder uit. De kans dat er alsnog een streep door het plan gaat, lijkt klein. Voor adviseurs is het daarom raadzaam zich op de komst van actieve transparantie voor te bereiden. Interessant is de vraag of provisie de belangrijkste inkomstenbron blijft of dat een vaste vergoeding de overhand gaat krijgen. En nog belangrijker: gaat de toegankelijkheid van advies inderdaad achteruit? Die antwoorden laten nog op zich wachten.


Masterclass digitaal leiderschap

Actieve transparantie: stand van zaken

7/11
Loading ...