Woningverduurzaming is in. De installatie van bijvoorbeeld zonnepanelen en warmtepompen neemt een hoge vlucht. Echter, bestaan over die laatste nogal wat vooroordelen: te duur, de Nederlandse winter is te koud, ze zijn onbetrouwbaar, er is veel graafwerk voor nodig en ze maken ook nog eens lawaai. Terecht? Volgens Miranda Groot Zwaaftink, projectmanager Techniek, Veiligheid en Milieu bij de NVKL, brancheorganisatie van leveranciers en erkende installateurs in klimaatbeheersing en koudetechniek, ligt het antwoord genuanceerder.
De Nederlandse koopwoningmarkt verduurzaamt. Steeds meer daken zijn voorzien van zonnecollectoren en het aantal buitenunits dat de aanwezigheid van een warmtepomp in een woning verraadt, neemt eveneens toe. Niet onlogisch: Nederland moet van het gas af. Nu al wordt geen enkele nieuwbouwwoning meer opgeleverd met een gasaansluiting; in 2050 moet de gasaansluiting helemaal tot het verleden behoren.
Het Sectorcollectief Duurzaam Wonen doet er alles aan om de hypotheekadviseur een sleutelrol te laten vervullen als het om woningverduurzaming gaat. Eind dit jaar moet tachtig procent van hen zijn opgeleid tot Erkend Adviseur Duurzaam Wonen. Dat betekent dat zij in elk adviesgesprek als het om de hypothecaire geldlening gaat woningverduurzaming aan bod laten komen. Het vervangen van de cv-ketel voor een warmtepomp is een onderwerp dat de komende jaren vaker dan voorheen ter sprake komt, verwacht NVKL-projectmanager Miranda Groot Zwaaftink.
Is elk huis geschikt voor een warmtepomp?
“Het kantelpunt om volledig over te gaan naar de warmtepomp, all electric, ligt nu bij huizen van rond 1990, omdat die al redelijk goed geïsoleerd zijn. Oudere huizen zijn ook geschikt voor een warmtepomp, mits je kiest voor een hybride oplossing: een warmtepomp in combinatie met een cv-ketel. Houd er in dit geval wel rekening mee dat je soms de isolatiewaarde van het huis behoorlijk moet verbeteren. Dat schrikt mensen vaak af, omdat het een behoorlijke investering vraagt; er zijn bovendien vaak bouwkundige aanpassingen nodig.”
Een goed gedimensioneerd warmtesysteem is altijd in staat om de gewenste warmte te leveren.
Er bestaan nogal wat vooroordelen over de warmtepomp. Het zou in Nederland in de winter veel te koud zijn voor een warmtepomp.
“Een goed gedimensioneerd warmtesysteem is altijd in staat om de gewenste warmte te leveren, al is het buiten min 10 graden. Ook is de hybride toepassing mogelijk. Bij extreme temperaturen of langdurige kou wordt je cv-ketel bijgeschakeld. Warmtepompen ontwikkelen zich ook; er komen er steeds meer op de markt die ook wat hogere temperaturen kunnen bereiken. De warmtepomp is namelijk een lagetemperatuursysteem en wanneer een huis daar niet voldoende op is toegerust qua isolatie, dan krijg je nooit het gewenste comfort. De eerste stap is dus isoleren.”
De warmtepomp zou ook onbetrouwbaar zijn, volgens sceptici.
“Waar het in de praktijk vaak knelt, is dat de cv-ketel het huis uitgaat en de warmtepomp er in zonder dat naar het complete systeem wordt gekeken; dat zijn ook de voorbeelden die je terugziet in Radar. Bij het ontwerp moet worden nagegaan welke ruimte verwarmd moet worden, of je het bijvoorbeeld ook voor de douche wilt gebruiken en welke temperatuur je wilt bereiken. De regeling is heel belangrijk bij de warmtepomp. Als dat integraal goed benaderd wordt, gaat de warmtepomp werken. Ik durf te stellen dat wanneer de warmtepomp niet werkt er vaak verkeerde keuzes zijn gemaakt in het ontwerptraject. Wie een warmtepomp in huis heeft, moet bovendien beseffen dat het een heel ander type installatie is. Je hebt niet dezelfde opwarmsnelheid als bij een cv-ketel; het is een traag systeem. Je programmeert dat zo dat de temperatuur niet te veel schommelt.”
Warmtepompen zijn ook eens duur, is een ander vooroordeel.
“Ze zijn wel duurder dan een cv-ketel, de gemiddelde terugverdientijd is zeven tot vijftien jaar. De verwachting is dat de gasprijs de komende jaren verder stijgt en de terugverdientijd daarmee zal afnemen, al hangt dat ook af van het type woning en het gasverbruik. Een voorwaarde blijft dat een huis voldoende geïsoleerd is. Ik maak nu sec de vergelijking tussen een warmtepomp en een cv-ketel; wanneer je meer moet investeren in isolatie is de terugverdientijd langer.”
Vanaf 2021 worden specifieke geluidseisen aan warmtepompen gesteld vanuit het Bouwbesluit; dat moet de geluidsoverlast beperken.
Nog een vooroordeel: warmtepompen maken lawaai.
“Het klopt dat ze lawaai kunnen maken, maar dat heeft weer met het ontwerpaspect en de wijze van installeren te maken. Er zijn ook stille warmtepompen op de markt. Vanaf 2021 worden specifieke geluidseisen aan warmtepompen gesteld vanuit het Bouwbesluit. Dat moet de geluidsoverlast beperken. Wanneer je een bepaald type warmtepomp wilt, waarvan het geluid boven de maximaal toegestane 40 dba – gemeten op de perceelgrens – uitkomt, dan zijn er geluidwerende maatregelen mogelijk, zoals een omkasting. Er zijn genoeg oplossingen om het geluid te beperken.”
Nog een vooroordeel: warmtepompen maken lawaai.
“Het klopt dat ze lawaai kunnen maken, maar dat heeft weer met het ontwerpaspect en de wijze van installeren te maken. Er zijn ook stille warmtepompen op de markt. Vanaf 2021 worden specifieke geluidseisen aan warmtepompen gesteld vanuit het Bouwbesluit. Dat moet de geluidsoverlast beperken. Wanneer je een bepaald type warmtepomp wilt, waarvan het geluid boven de maximaal toegestane 40 dba – gemeten op de perceelgrens – uitkomt, dan zijn er geluidwerende maatregelen mogelijk, zoals een omkasting. Er zijn genoeg oplossingen om het geluid te beperken.”
En vooroordeel nummer vijf: er is veel graafwerk nodig.
“Er zijn verschillende varianten. Bij de lucht-waterwarmtepomp wordt warmte uit de lucht opgenomen en overgedragen op water. Dat zijn de warmtepompen die werken met een buitenunit, zoals bij een airconditioninginstallatie. Bij een water-waterwarmtepomp wordt warmte uit water opgenomen – dat kan grondwater zijn –doordat je buizen in de grond legt, waar graafwerk voor nodig is. Bij nieuwbouw wordt al gauw gekeken naar bodemwarmte, omdat je dan ook de mogelijkheid hebt om te graven. En het rendement is vaak net iets beter. Bij bestaande bouw zal veel meer met een buitenunit gewerkt worden, waarbij niet hoeft te worden gegraven.”
Inmiddels zijn ongeveer 220.000 woonhuizen voorzien van een warmtepomp en elk jaar zijn dat er fors meer. Wat zijn de verwachtingen over pakweg tien jaar?
“De branche gaat ervan uit dat in 2030 20 procent van de 7 miljoen woningen is uitgerust met een warmtepomp. Daarnaast zijn er ook nog woningen aangesloten op warmtenetten; dat heeft weer te maken met de energiestrategie van gemeenten. Bij aansluiting op het warmtenet, is een warmtepomp niet mogelijk; dan ben je gebonden aan een compleet systeem en hebt minder individuele keuze.”
De verwachting is dat in 2050 25 tot 45 procent van de woningen is uitgerust met een warmtepomp.
Gaat het lukken om alle huizen in 2050 van het gas af te hebben?
“Het zou moeten kunnen. Nu is de beschikbaarheid echter een probleem. En dan heb ik het niet over het aantal units, maar over de handjes die het kunnen maken. De brancheorganisatie zet erop in om zoveel mogelijk warmtepompmonteurs aan de slag te krijgen. Dat is echt de bottleneck.”
Verwacht je dat de cv-ketel massaal plaatsmaakt voor de warmtepomp?
“Op dit moment is in de vervangingsmarkt de warmtepomp hét alternatief om aardgasloos te gaan; andere opties zijn warmtenetten en ketels op waterstof. De inschatting is dat in 2050 25 tot 45 procent van de woningen is uitgerust met een warmtepomp.”
Hoe kan de hypotheekadviseur zijn klant over de streep trekken om over te gaan tot woningverduurzaming?
“Je moet ter sprake brengen dat Nederland van het gas af moet. Breng het duurzaamheidsperspectief onder de aandacht. Wat wil je nalaten aan je kinderen? En hoe afhankelijk wil je zijn van de energiemaatschappij? Neem de tariefontwikkelingen en energieheffingen mee in het gesprek. Vraag de klant of die bereid is aan de voorkant te investeren om op lange termijn grip op de energiekosten te hebben. Breng eveneens de subsidiemogelijkheden onder de aandacht, al geldt bijvoorbeeld de Investeringssubsidie Duurzame Energie (ISDE) niet meer voor nieuwbouw. Als het om de warmtepomp gaat, verwijs dan naar een erkend installateur, die gespecialiseerd is in warmtepompen.”
Op de website Verbeterjehuis.nl staat op een rij welke subsidiemogelijkheden er op dit moment mogelijk zijn voor woningverduurzaming. Zo is er de Subsidie energiebesparing eigen huis (SEEH) voor isolatie van dak, spouwmuur, gevel, vloer en glas. De Investeringssubsidie Duurzame Energie (IDE) is er voor de aanschaf van zonneboilers en warmtepompen. Daarnaast zijn er diverse leningen mogelijk: Energiebespaarlening en Stimuleringsregeling, maar ook geldverstrekkers bieden diverse opties. Verder geldt nog een laag btw-tarief op isolatiewerkzaamheden en is het mogelijk de btw op zonnepanelen terug te vragen. De voorwaarden veranderen telkens en ook verschillen de mogelijkheden per gemeente.